woensdag 3 februari 2016

Terug in Waterhuizen

Tortelduifje

Eerst maar even weer naar Waterhuizen,
Opoe Heerlien hield wel van een borrel, door haar consequent 'seupie' genoemd en elke keer als ik langs kwam met de postbestelling, voltrok zich dan ook hetzelfde verplichte ritueel: 'Moi Opoe, Moin Kaars, hou ist? Goud opoe. Heur hai ropt al. De tortelduif in het achterhuis: de keuken zeg maar. Die lag lager want de huisjes waren tegen de dijk van het diep aan gebouwd en daar achter weer een sloot want het gebeurde bij een tewaterlating dat de huisjes het zwaar te verduren hadden als er weer een steeds groter wordende coaster het diep in dook. De voordeur werd een keer dwars door een van de huisjes heen geslagen door de vloedgolf. Het schuurtje of het kolenhok belandde dan gelijk ook bij menigeen in de sloot achterom. De huisjes waren eigendom van scheepswerf Pattje en die repareerde de boel dan weer.

Vroeger hadden vooral boerderijen een tortelduifje in een kooi zitten als brandalarm of gas-kolendamp alarm. De 'doeffies' kunnen zeer oud worden en kunnen nog in sommige boerderijen aangetroffen worden  'Kattn vreetn de moez'n op en en de hond jaagt vrumd volk van 't haim.
( katten vreten de muizen op en de hond jaagt vreemden van het erf)
Boer Schrikkema die aan de weg naar waterhuizen woonde met zijn gezin (waaronder een wonderschone dochter met vlammend rood haar) vertelde dat hij wel eens een brand had gehad toen hij met een brandende sigaar achter een koe stond die net op dat moment een krachtige  (excusez le mot) 'scheet' liet en dat methaangas een steekvlam veroorzaakte en het hooi dat hij op de vork had in de brand vloog. Of het allemaal waar is? Wie zal het zeggen maar een mooi verhaal is het.

De kooi van Doeffie was verschoond en doeffie deponeerde uit pure dankbaarheid gelijk weer een natte kledder op het verse grit. Wat te zeggen dat dieren altijd goed voor het milieu zijn?
Opoe had intussen alle bescheiden op de tafel gedrapeerd zodat ik aan de gang kon. Girobiljetten invullen en brieven schrijven, en kaartjes. Ik schreef zelf maar een berichtje  want opoe zei; 'waist ja wel wat ik bedoul' ik een beerenburg en opoe een  'seupie' jonge Vlek met bruine suiker.
Och ja, en dan stond daar ook altijd die grote, donkerrode geƫmailleerde pan op het vierpits petroleumstel met daarin een massa vlees dat heerlijk lag te sudderen. Met een vork viste ik dan een homp vlees (of worst of gehakt ballen, al naargelang de slager bracht) uit de pan en zaten we samen te smikkelen en vonden dat er geen beter leven was dan een goed leven.

Collega Ger Hendriks die bij toerbeurt samen met mij om de dag de postloop deed moest op zijn beurt ook wel eens gehakt meenemen uit Groningen en er ter plekke ballen van draaien in het keukentje en ze braden in de dgp (de grote pan) maar dan was ik de volgende dag weer de eerste die de ballen gebraden en gesudderd aantrof.
Ger had nog wel even snel de kachel bij willen vullen uit de kolenkit die naast de kachel stond. De verkeerde, er stonde twee kitten  voor als het echt winterde en greep de verkeerde. Het winterde nog niet zo hard en opoe had de ene kit maar eens in hoge nood onder de baaien rok getrokken en haar blaas er in geleegd. Ik zag bij het wapperend wasgoed wel eens zo'n directoire hangen met drukknopen in het kruis; dat heette vroeger een 'klepzeiker' dus dat was eenvoudig om je niet met veel moeite naar het toilet te moeten slepen.
Opoe had nog wel geroepen; 'dei nait jong!!!! maar Ger deed alles altijd snel en in had met volle snelheid de kit geleegd in de brandende kachel. Het gevolg was dat Ger en opoe elkaar niet meer zagen door een gratis stoombad.
Alle deuren tegen elkaar open maar dat was ook geen lolletje want het diep stonk die dag ook onbarmhartig door de dikke laag schuim dat van de aardappelmeelfabriek in Foxhol langzaam naar het diep in waterhuizen trok. Milieu bestond toen nog niet.
De volgende dag waren de ballen  klaar en ze smaakten extra lekker.

(word vervolgd)

Joop

     

Geen opmerkingen:

Een reactie posten